LAWINES RAZEN AFLEVERING 27: HAAS

LAWINES RAZENeen podcast waarin klassieke Nederlandstalige kinderboeken opnieuw gelezen en besproken worden met schrijvers van nu.

Aflevering 27: Haas – Paul Biegel (1981)

Luister hier:

Gasten: Tjibbe Veldkamp & Thijs Goverde

Tjibbe Veldkamp (1962) studeerde psychologie en werd – staat op zijn website nogal raadselachtig te lezen – ‘wetenschapper’. In 1991 verscheen zijn eerste kinderboek, Een ober van niks, met tekeningen van Philip Hopman. Er volgden allerlei prentenboeken en eerste leesboeken en kinderromans en jeugdboeken. Hij won ook een flinke stroom aan prijzen, zo waren er vijf Zilveren Grifffels, voor respectievelijk Agent en boef, Tiffany Dop, Kom uit die kraan!, Handje? en Maar eerst ving ik een monster. In 2022 werd Maar eerst ving ik een monster, een samenwerking met tekenaar Kees de Boer, het Prentenboek van het jaar. Zijn laatste boek is het veelgeloofde De jongen die van de wereld hield, dat al de Nienke van Hichtumprijs kreeg en vast nog wel meer zal opvallen in de uitreikingen van dit komende jaar. Tenslotte vertaalt hij ook, bijvoorbeeld de serie over Dog Man.

Thijs Goverde (1971) heeft filosofie gestudeerd, is dus ook filosoof, maar daarnaast is hij natuurlijk kinderboekenschrijver, en cabaretier. Hij maakte eerst cabaret voor volwassenen en dat is overgegaan in het schrijven en spelen van kindercabaretvoorstellingen. Als schrijver debuteerde hij in 1998 bij uitgeverij Holland met De purperen koningsmantel, en viel daarna bijvoorbeeld op met de trilogie over de Meesterdief, die met De wraak van de Meesterdief begon, en met zijn veelgelezen serie over Donderkat. Tegenwoordig geeft hij uit bij Ploegsma, en daar verschenen onder andere Wisselkinderen, de Jorrik de Ork-serie, en zijn nieuwste, zojuist gepubliceerde boek Eenbeen. Hij is overigens ook tuinier, en druk bezig met het aanleggen en onderhouden van een voedselbos, waar zijn non-fictieboek Supergroen ook over gaat.

Paul Biegel (1925 – 2006) publiceerde zijn eerste verhaal op zijn veertiende, in een tijdschrift. Dat was al meteen een sprookje over een kabouter. Hij wilde een tijdje concertpianist worden, en toen dat mislukte trok hij naar Amerika, waar hij journalistieke stukken begon te schrijven. Later werd hij via redacteur van de AVrobode en stripschrijver bij de Toonder Studio’s redacteur bij een kinderboekuitgeverij, bij Van Holkema & Warendorf. Maar toen was zijn eerste eigen boek al verschenen, dat was De gouden gitaar, in 1962, en in 1965 was er het eerste grote succes. Zijn klassieker Het sleutelkruid werd bekroond als Kinderboek van het Jaar, wat de voorloper van de Gouden Griffel was. Die Gouden Griffel zou hij daarna twee keer ontvangen, in 1972 voor De kleine kapitein en in 1993 voor Nachtverhaal. Er waren ook nog vier zilveren griffels, voor respectievelijk De twaalf rovers, dat ook de Nienke van Hichtumprijs kreeg, voor Het olifantenfeest, voor het boek dat wij lazen, Haas, en voor De rode prinses. En zijn boeken Anderland en Laatste verhalen van de eeuw werden allebei bekroond met de Woutertje Pieterseprijs. Overigens had hij toen allang, allang, namelijk in 1973, de staatsprijs voor kinder- en jeugdliteratuur gekregen.

Haas verscheen in 1981. Eigenlijk heet dit boek Haas, eerste boek, voorjaar, en dat is omdat er nog twee verdere delen zijn verschenen, Haas, tweede boek: zomer en Haas, derde boek: najaar, allebei uit 1982. De drie delen kwamen uit bij uitgeverij Holland, zonder tekeningen, maar met een omslag van Co Loerakker. Op de website die aan Biegels nalatenschap is gewijd staat dat de boeken voor kinderen vanaf 9 jaar zijn, maar zelf bedoelde Biegel ze eigenlijk meer voor volwassenen, en stoorde het hem ook enigszins dat hij er een Zilveren Griffel, een kinderprijs, voor kreeg, hoewel hij die wel kreeg in de categorie 12-15 jaar.
De plek van handeling is een kleine tuin, waar een klein schuurtje staat en een minieme vijver ligt. Er komen geen mensen voor in dit eerste deel, en dat is omdat de tuin verlaten lijkt, in het boek staat dan dat ‘de zorg’ weg is, en daar wordt wellicht een mensenhand mee bedoeld. Hoewel het boek Haas heet, komt die tot op de laatste pagina niet in het boek voor. De personages zijn verschillende dieren die in het ommuurde tuintje wonen. Zo zijn er twee volkeren, de mieren en de bijen. Er is een vis, Knijs, die al zijn vrouwen opgegeten heeft zien worden door de Reiger. Er zijn wat padden, er is het Echtpaar Mus, er zijn drie nachtvlinders en er is de vleermuisvader en de vleermuiszoon.
Het boek behandelt, zou je kunnen zeggen, aspecten van religie – want de meeste dieren in de tuin zijn vol verwachting van de verschijning van Haas, die er ooit een keer geweest is en nu al tijden gemist wordt. Maar evenzeer gaat het over machtsstructuren – bijvoorbeeld in de episodes die bij de mieren en de bijen spelen, en het gaat ook over vrijen, samenwonen en opgroeien, en grappig is dat ‘seks’ vaak ‘trouwen’ wordt genoemd.

  • De montage van Lawines razen is in handen van Ignace Schoot.
  • We bedanken de erven An Rutgers van der Loeff en uitgeverij Ploegsma voor het mogen gebruiken van de naam Lawines razen.
  • De muziek: Capering (Blue Dot Sessions).
  • Het logo werd gemaakt door Floor de Goede.

Besproken boeken

Paul Biegel: Haas, eerste boek: Voorjaar

Haas, eerste boek: Voorjaar

Paul Biegel

Thijs Goverde: Eenbeen

Eenbeen

Thijs Goverde

Bestel
Tjibbe Veldkamp: De jongen die van de wereld hield

De jongen die van de wereld hield

Tjibbe Veldkamp

Bestel