een fietsje met glitterkralen in de spaken wacht op de oprit als
lisa binnen handtekeningen in haar gipsen arm krast
knutselsterretjes en stukjes stof op het harnas plakt
in de stang zit nog een val vast en de trappers wachten
binnen snikt de bange ridder met tiara op
plooit haar reis tot de stoeprand op: haar territorium
van barbie, televisieseries en prinsessenbeddengoed
met klamme handjes in een toren van vierkante onderbroeken
voelt ze hoe het met de dromen gaat
stelt vast: intact en onontdekt
propt het stof in de hoeken op
de pluchen labrador ligt al drie dagen nat in zijn mandje
likt de lenden, hoort om kwart over negen en kwart voor zeven
het grind onder de mercedes knarsen, weet:
auto met enkel mama, auto met lisa en mama
kwaad en vol tranen